Auto in beslag genomen vanwege vermoeden van diefstal
Een auto kan ook door de politie in beslag worden genomen de auto, of onderdelen daarvan, van diefstal afkomstig zijn.
Wanneer auto in beslag genomen?
Een auto kan door de politie in beslag worden genomen wanneer het vermoeden bestaat dat de auto, of onderdelen daarvan, van diefstal afkomstig zijn.
Grondslag beslag auto
De wettelijke grondslag voor inbeslagneming van de auto wegens bij een vermoeden van diefstal is artikel 94 Sv. (waarheidsvindingsbeslag en verbeurdverklaring).
Klaagschrift teruggave auto
Indien de auto door de politie in beslag is genomen omdat deze van diefstal afkomstig is, zal de auto hoogstwaarschijnlijk aan de eigenaar worden teruggegeven. Het indienen van een klaagschrift heeft alleen zin wanneer de auto langer dan 3 jaar geleden gestolen is of wanneer de auto is gekocht via een officieel autobedrijf. In dat geval geniet geniet de eigenaar geen derdenbescherming op grond van artikel 3:86 BW.
Het is wel belangrijk dat een gespecialiseerde advocaat een uitvoerig en goed onderbouwd klaagschrift indient.
Uitleg artikel 3:86 BW
Artikel 3:86 van het Burgerlijk Wetboek houdt (BW) – voor zover van belang – onder meer het volgende in:
1. Ondanks onbevoegdheid van de vervreemder is een overdracht overeenkomstig artikel 90, 91 of 93 van een roerende zaak, niet-registergoed, of een recht aan toonder of order geldig, indien de overdracht anders dan om niet geschiedt en de verkrijger te goeder trouw is.
(…)
3. Niettemin kan de eigenaar van een roerende zaak, die het bezit daarvan door diefstal heeft verloren, deze gedurende drie jaren, te rekenen van de dag van de diefstal af, als zijn eigendom opeisen, tenzij:
a. de zaak door een natuurlijke persoon die niet in de uitoefening van een beroep of bedrijf handelde, is verkregen van een vervreemder die van het verhandelen aan het publiek van soortgelijke zaken anders dan als veilinghouder zijn bedrijf maakt in een daartoe bestemde bedrijfsruimte, zijnde een gebouwde onroerende zaak of een gedeelte daarvan met de bij het een en ander behorende grond, en in de normale uitoefening van dat bedrijf handelde; (…).
Bij de te nemen beslissing mag de rechter volgens jurisprudentie van de Hoge Raad (zie onder meer zijn arrest van 27 maart 2012, LJN BQ8590) civielrechtelijke aspecten betrekken, maar van hem niet wordt verlangd dat hij treedt in de beslechting van burgerrechtelijke eigendoms- en bezitskwesties. Het gaat in de beslagprocedure om een voorlopig oordeel omtrent de eigendoms- en bezitsrechten ten aanzien van het in het geding zijnde voorwerp (zie o.a. rb Haarlem, 5 juli 2012, ECLI:NL:RBHAA:2012:BX4058).