Machtiging rechter-commissaris vereist bij conservatoir beslag
Voor het leggen van conservatoir beslag is in alle gevallen een separate machtiging van de rechter-commissaris vereist; indien op grond van een machtiging van de rechter-commissaris een SFO is ingesteld, geldt die machtiging tevens als een algemene machtiging tot het leggen van conservatoir beslag ten behoeve van een ontnemingsmaatregel (art. 103 respectievelijk 126 lid 3 jo. art. 126b Sv).
Er kunnen door de rechter-commissaris twee soorten machtigingen worden gegeven;
- incidenteel, voor elke keer dat beslag ogv artikel 94a Sv. wordt gelegd of gehandhaafd (art. 103 Sv.)
- generaal, als grondslag voor het instellen van een strafrechtelijk financieel onderzoek, waarbinnen beslag kan worden gelegd (art. 126b lid 1 jo 126 lid 3 Sv.). In het kader van het sfo is geen voorafgaande machtiging vereist!
Indien het beslag initieel op grond van artikel 94 Sv. was gelegd, kan dit later worden omgezet naar een conservatoir beslag ex artikel 94a Sv,
Betekening machtiging
De machtiging wordt door de officier van justitie zo spoedig mogelijk aan de verdachte of de veroordeelde betekend op de wijze zoals voorzien in het Wetboek van Strafvordering (de strafvorderlijke betekeningsregels) of door de gerechtsdeurwaarder overeenkomstig de wijze van betekening van het verlof, bedoeld in artikel 702 lid 2 Rv. Indien het beslag onder een derde is gelegd, wordt de machtiging tevens aan deze derde betekend.
De wet bedreigt niet-naleving van de in artikel 103 lid 2 Sv. voorgeschreven betekening van de machtiging helaas niet met nietigheid (HR 9 februari 2010, LJN: BK6956).
Mondelinge machtiging
Bij ontdekking op heterdaad kan op vordering van de officier ook beslag worden gelegd krachtens een mondelinge machtiging van de rechter-commissaris. Door de opsporingsambtenaar wordt dan een proces-verbaal opgemaakt van de inbeslagname. Aan de verdachte of veroordeelde wordt een bewijs van ontvangst afgegeven. (zie ook art. 103 lid 3 en 4 Sv.).